dinsdag 30 april 2013

Tips om paniek- en angstaanvallen in de ochtend te verminderen





Wanneer je een paniek- of andere angststoornis hebt, kun je het vooral ‘s ochtends moeilijk hebben. Veel mensen met een angststoornis beginnen iedere dag met angst. Word je vol angst wakker en heb je het gevoel dat je meteen weer onder de dekens wilt kruipen om de dag niet te hoeven beginnen? Als je antwoord “ja” is, dan zijn er wat dingen die je kunt doen om die ochtendangst te minimaliseren.

(Angstoornissen komen tweemaal zo vaak voor bij vrouwen als bij mannen. Lage oestrogeenspiegels tijdens de menstruele cyclus kunnen vrouwen gevoeliger maken voor angststoornissen. Hogere oestrogeen spiegels beschermen tegen deze stoornissen.)

1.    Onderzoek je slaapgewoonten
Krijg je genoeg slaap? Val je moeilijk in slaap of word je te vroeg wakker? Slechte slaappatronen en slapeloosheid kunnen verschillende psychologische en fysieke problemen veroorzaken. Dit kunnen zijn: hoofdpijn, verminderde energie, slechte concentratie, problemen met het korte termijngeheugen, geïrriteerdheid en angst. Door je slaappatroon te reguleren kun je je ochtendangst verminderen en je vermogen om je dagelijkse activiteiten uit te voeren verbeteren. Als je nog niet kunt slapen ondanks goede slaaphygiëne, spreek er dan met je arts over. Er zijn een aantal veilige en effectieve medicijnen die je kunnen helpen voldoende slaap te krijgen. (Je kunt ook denken aan nervensaft dat verkrijgbaar is bij de Adlerapotheke in Kleve.)
  1. Onderzoek je ochtendstressfactoren
Kun je onderdelen van je ochtedroutine ontdekken waarvan je denkt dat ze angst uitlokken? Word je bijvoorbeeld gewekt uit een vredige slaap door het schelle geluid van een wekker? Misschien is het dan beter een alarmklok te nemen die je wekt met het rustgevende geluid van muziek. Voel le je soms angstig doordat je ‘s ochtends gehaast bent? Gun jezelf dan genoeg tijd om de dag te beginnen zonder die extra stress. Misschien kun je wat dingen de avond van tevoren doen (lunchpakketten klaarmaken, kleren klaarleggen etc.)

  1. Begin de dag met wat ontspanningsoefeningen
‘s Ochtends wat ontspanningsoefeningen doen neemt slechts een minuut of tien in beslag, maar je zult er waarschijnlijk de hele dag baat bij hebben. Als je dag ontspannen en gefocust begint, voel je je emotioneel in balans en kom je de dag goed door. Een paar technieken die je kunt proberen zijn:

a.    Diepe ademhaling
b.    Progressieve spierontspanning
c.    Geleide verbeelding
    1. Meditatie
    2. Journaling (gevoelens en gedachten op papier zetten)



4.    Begin je dag met positieve gedachten en affirmaties  
Wanneer je al een tijd last van ochtendangst hebt, kan het zijn dat je automatische, negatieve gedachtepatronen hebt ontwikkeld: je hoofd wordt wakker en zonder enige bewuste inspanning van jouw kant nemen angstige en bezorgde gedachten alles over, wat toch nog meer angst leidt. Er is wat oefening voor nodig, maar je kunt deze negatieve gedachten veraderen. Identificeer eerst de gedachten die veranderd moeten worden en ontwikkel daarna je eigen positieve verklaringen. Bijvoorbeeld:
Je word wakker en je eerste gedachten zijn:

Ik voel me vreselijk.
Hoe kan ik vandaag naar mijn werk rijden?
Ik kom de dag nooit door.
Wat is er met me aan de hand?

Je kunt deze negatieve gedachten met positieve verklaringen vervangen, zoals:

Ja, ik ben angstig vanochtend, maar ik heb me eerder zo gevoeld en ik kon ermee omgaan.
Als ik gedurende de dag moeite heb met angst, kan ik ontspanningstechnieken doen die me rust geven.
Ik heb vat op de situatie.
Angst is een normale menselijke emotie en het is een hint voor mij om te ontspannen.

De gedachte achter het veranderen van je gedachten is dat je kunt veranderen hoe je je voelt. Het doel is om je patroon van negatieve gedachten te doorbreken en het te vervangen door positieve gedachten en affirmaties.
Negatieve gedachten zijn brandstof voor angst. Positief, bemoedigend en optimistisch denken zorgt er aan de andere kant voor dat angst niet in stand blijft.


5.    Kijk eens goed naar je voeding
Studies hebben aangetoond dat mensen met een paniekstoornis gevoeliger zijn voor bepaalde stoffen dan mensen zonder de stoornis. Wanneer deze stoffen gegeven worden aan mensen met een paniekstoornis, is het resultaat toegenomen angst of een paniekaanval. Alcohol, cafeïne en nicotine zijn bekende triggers. Het is het beste om het slaapmutsje met alcohol en de ochtendkick met cafeïne te vermijden.

Vooral mensen met bijnieruitputting, maar ook andere mensen, kunnen ontdekken dat dalingen van de bloedsuiker in angst kan ontaarden. De daling van de bloedsuiker na de lange slaapuren kan verantwoordelijk zijn voor ochtendangst. Je kunt proberen om een snack van eiwit en vet te eten voor je gaat slapen. Vermijd suikersnacks omdat daardoor je bloedsuiker weer zal dalen. Het beste is ook om een bloedsuikerstabiliserend voedingspatroon te volgen.

6.    Spreek met je arts of therapeut
Als je medicijnen gebruikt, kijk dan met je arts of therapeut door de lijst. Misschien zal het veranderen van je medicijnen helpen bij je ochtendangst.

Als je meer wilt lezen over bijnieruitputting, kun je het boek "Bijnieruitputting. het stresssyndroom van de 21e eeuw" lezen:
Te koop bij bol.com: http://www.bol.com/nl/p/bijnieruitputting/1001004011234779/?Referrer=ADVNLPPce871300cdbf9297003815d768010019665
of bij succesboeken.nl: 
http://www.succesboeken.nl/?ISBN=9789079872251&PC=476178F4 

Facebook: 
http://www.facebook.com/Bijnieruitputting

Als je meer wilt lezen over bloedsuikerproblemen kun je het boek “Syndroom X” lezen”
Te koop bij:

Als je meer wilt lezen over oestrogeen en progesteron kun je het boek “Menopauze…” lezen:
Te koop  bij:
Natuurlijke progesteroncrème van dr. Lee 

Voor 1 tube klik hier: http://www.succesboeken.nl/?ISBN=9789079872006&PC=476178F4 

Voor 3 tubes klik hier: 
http://www.succesboeken.nl/?ISBN=9789079872007&PC=476178F4



vrijdag 26 april 2013

Ervaring met prikpil - een jonge vrouw vertelt over haar ervaringen




OPROEP OM OP TE PASSEN VOOR DEPO-PROVERA (de prikpil)
Een nachtmerrie van pijn en gehandicapt zijn voor een gezonde jonge vrouw.
Deze brief die oorspronkelijk gepubliceerd werd in de John R. Lee, M.D. Medical Letter, is van een welsprekende jonge vrouw die we Julie B. zullen noemen en wiens leven in stukjes uiteen viel nadat ze een serie Depo-Provera-injecties voor anticonceptie had gekregen. Totdat ze naar een pientere chiropractor ging had ze geen idee waardoor haar symptomen veroorzaakt werden en de vele doktoren die ze bezocht wisten het ook niet, ondanks het feit dat rugpijn en huiduitslag bekende bijwerkingen zijn. Het veronderstelde gemak van dit medicijn lijkt vooral aantrekkelijk te zijn voor jonge vrouwen die snelle en gemakkelijke oplossingen zoeken. Ze denken dat het veilig is omdat hun dokter het voorschrijft. We nemen aan dat duizenden jonge vrouwen op deze manier lijden en we hopen dat de brief van Julie een waarschuwingssignaal zal zijn voor jongen vrouwen en hun ouders om ver uit de buurt  te blijven van dit verschrikkelijke medicijn.

Lieve Dr. Lee,
Ik schrijf dit om over mijn ervaringen te vertellen met Depo-Provera, de anticonceptie die per injectie wordt toegediend. Voordat ik Depo-Provera gebruikte was ik 26 jaar oud en lichamelijk heel fit zonder geschiedenis van welke medische problemen dan ook.
In Januari 1998 zocht ik naar een betrouwbare manier van anticonceptie. Omdat ik geen enkel type anticonceptiepil kon verdragen, begon ik injecties met Depo-Provera te nemen. Mijn dokter vertelde me dat het goed voor me zou werken omdat het geen oestrogeen bevat en ik zou niet meer menstrueren. Omdat ik gedurende vele jaren op hoog niveau aan wielrennen had gedaan, had ik sowieso bijna geen menstruele cyclus en het leek me niet zo slecht om helemaal geen menstruaties meer te hebben.
Dat was ongeveer alle informatie die ik kreeg over het spul. Ik dacht, geen probleem. Het zal niet heel veel anders zijn dan wat er nu al met me gebeurt.
Gedurende een paar maanden leek alles goed te gaan. Ik ervoer geen vreemde emotionele effecten zoals ik had ervaren toen ik de pil probeerde te gebruiken. Mijn stemmingen leken onaangetast. Ik dacht, “hé, dit is geweldig spul. Ik heb geen stemmingswisselingen rond de tijd van de menstruatie omdat ik helemaal geen menstruatie meer heb. Hoe gemakkelijk.”
Onverklaarbare rugpijn
In het midden van de zomer begon het me op te vallen dat mijn onderrug steeds heel erg moe voelde,iets wat ik nooit eerder had meegemaakt. Ik beweeg heel veel en sta veel op mijn voeten op mijn werk en tegen de tijd dat ik thuiskwam en in de keuken stond om eten klaar te maken had ik het gevoel dat er geen enkele comfortabele positie was voor mijn pelvis. Mijn onderrug voelde zo moe. Ik probeerde het te negeren.
Onverklaarbare huidproblemen
Tegelijkertijd ontwikkelde ik eczeemachtige huiduitslag. Tenslotte ging ik naar de dokter omdat ik mezelf er niet van kon weerhouden om te krabben. Ik krabde mezelf iedere nacht tot bloedens toe. De zweren bedekten mijn hoofd, nek en armen en het ergste was de uitslag op mijn beide oogleden en boven mijn lippen. Ik voelde me een monster. De dokter gaf me cortisoncrème en een bevochtiger op recept. Ik probeerde deze dingen een paar weken lang, maar ze hielpen niet het minste beetje tegen de jeuk of het rode schilferige uiterlijk van al de plekken.
Al die tijd nam ik iedere 13 weken Depo-Provera-injecties zonder ook maar de minste verdenking te hebben dat dit op de een of andere manier met mijn problemen in verband stond.
Begin November kreeg ik  het gevoel van pijnlijke spierkramp in mijn onderrug. Het voelde alsof er iets open moest barsten. In het verleden was, wanneer ik zoiets in mijn onderrug voelde, 30 minuten yoga voor mijn benen en rug genoeg geweest om het probleem op te lossen. Nu strekte ik iedere dag en probeerde alles wat ik wist om mijn rug in een gemakkelijkere positie te krijgen. Het hielp allemaal niets. Na een dag of tien dacht ik dat rennen mijn rug op zo zijn plaats zou kunnen krijgen. Tegen het einde van mijn run voelde mijn rug niet zo goed aan en tegen de tijd dat ik afgekoeld was wist ik dat ik grote problemen had. Ik kon niet eens rechtop staan. Ik kreeg een behandeling van een chiropractor en dat gaf wat verbetering, maar ik had zoveel pijn en voelde me zo zwak door het incident dat ik daarna bijna een week plat om mijn rug heb gelegen.
Mijn leven valt in stukjes uiteen
Daarna was het een waas van doktersvisites, bezoeken aan de chiropractor en de fysiotherapeut.  Het resultaat was dat mijn rug gewoon niet genas. Hij bleef bij het minste geringste uit zijn balans gaan. Ik bleef maar correcties ondergaan maar die waren niet blijvend. In deze periode was ik hier en daar uitgevallen op mijn werk en ging ik bijna iedere dag vroeg naar huis omdat mijn rug zo uitgeput was tegen de middag dat ik de rest van de dag en avond moest liggen. Uiteindelijk kon ik helemaal niet meer zitten. Ik moest een werkplaats voor mezelf opzetten waar ik staande kon werken. Ik was flink gehandicapt. Ik kon niets optillen dat zwaarder was dat 5 pond. Ik kon niet buigen. Ik kon zelfs niet op de bank liggen. Ik had een permanent bed voor mezelf op de grond gemaakt omdat ik daar de meeste tijd doorbracht. Mijn atletische inspanningen waren tot een abrupt einde gekomen. Ik was eraan gewend om 65 km per dag op mijn fiets te rijden of om 10 km te rennen. Ik kon nog niet naar mijn fiets kijken zonder te beven van de pijn. Ik was erg gehandicapt. Ik kon niet koken of schoonmaken en ik kon niet eens lopen om te oefenen zoveel pijn deed mijn rug. Ik nam enorme hoeveelheden ibuprofen om de ontstekingen naar beneden te krijgen. Ik gebruikte ijs. Ik gebruikte glucosaminesulfaat. Ik vermeed tarwe, melkproducten en maïproducten. Niets hielp lang. Naarmate de tijd verstreek werd mijn pijn niet eens beter als ik ging liggen. Hij deed de hele tijd pijn, wat ik ook deed, en iedere vorm van buigen, staan of bewegen bracht nog veel meer hevige pijn teweeg.
Een slimme chiropractor vindt de boosdoener
Ik ging tenslotte naar een chiropractor die me vertelde dat het absoluut noodzakelijk was voor me om te stoppen met Depo-Provera. Hij draaide er geen doekjes om. Hij was erg streng en sprak heel agressief over het onderwerp. Ik was verbluft. Ik kon niet begrijpen hoe anticonceptie ook maar iets te maken kon hebben met mijn rug. Hij zei dat de hormonen in Depo niet de vorm hebben van de hormonen die in het lichaam gemaakt worden. Het zijn synthetisch veranderde progestagenen, zodat de farmaceutische industrieën er patent op kunnen nemen en er zo veel geld aan kunnen verdienen, daar ze geen patent kunnen nemen op een substantie die in de natuur gevonden wordt.
Het probleem is dat, zelfs al binden deze hormonen aan de hormoonreceptoren, het lichaam ze ziet als vreemde substanties die verwijderd moeten worden. Het immuunsysteem maakt zodoende voortdurend overuren om de gemene vreemde substantie kwijt te raken. De bijnieren denken dat het continu een spoedsituatie is dus pompen ze voortdurend het hormoon cortisol naar buiten. De bijnieren raken zodoende al snel volledig uitgeput.
In de Chinese geneeskunde zitten de bijnieren op hetzelfde circuit als vijf van de spieren in de lage rug. Wanneer de bijnieren oververmoeid zijn heeft dit een negatief effect op die spieren van de lage rug. De chiropractor verlelde mij dat dat de reden was dat mijn rug niet beter werd omdat die spieren gewoonweg niet normaal functioneerden. In feite was er niets om mijn onderrug bij elkaar te houden en dat was precies zoals het voelde.
Ik begrijp eindelijk wat er gebeurd is
Nou, dat was een aardige schok voor me en heel wat om over na te denken. Hij zei me echter om hem niet klakkeloos te geloven maar er zelf eens wat over te gaan lezen. Hij adviseerde me uw boek, What Your Doctor May Not Tell You About Premenopause. te lezen. Ik heb het boek in een paar dagen verslonden en dacht dat het een zeer aannemelijke verklaring was. Het verklaarde ook mijn huidproblemen, mijn lage bloeddruk en duizeligheid, en ook de twee tanden die in het afgelopen jaar los waren gaan zitten.
Ik belde de apotheker om uit te vinden hoe lang het zou duren voordat Depo uit mijn lichaam zou zijn. Ze vertelde me dat Depo een halfwaardetijd heeft van 50 dagen. Na 1 injectie zijn er ongeveer 4 halfwaardetijden nodig  om het niet meer terug te vinden in het lichaam. Ze vertelde me dat het, 30 dagen na de injectie, een piekwaarde bereikt in het bloed en dat het daarna weer begint te dalen. Dat stukje informatie trok mijn aandacht.
Toen ik nadacht over de ergste problemen met mijn rug constateerde ik dat die allemaal ongeveer 30 dagen na de injectie hadden plaatsvonden. Nou, dat sloot het af voor me. Ik had er geen twijfels meer over of Depo- Provera aan de wortel van mijn problemen lag.
De genezing begint en ik begin mijn leven terug te krijgen
Ik ben nu 20 weken na mijn laatste(voor altijd) Depo-Provera-injectie. Ik ben van de ontstekingsremmers af. Ik kon 3 weken geleden weer een beetje zitten. Ik begin langzaam en voorzichtig weer op mijn fiets te rijden. Mij huid is weer normaal. Ik zal buikspieroefeningen moeten doen voor de rest van mijn leven om de permanente schade die aan mijn rug is ontstaan te helpen stabiliseren en ik gebruik progesteroncrème om mijn eigen hormonen weer aan de gang te krijgen
Het spijt me verschrikkelijk dat ik mezelf in mijn onwetendheid vergiftigd heb. Ik zou graag nog toe willen voegen dat, al pratende met andere vrouwen gedurende deze periode, er drie andere zeer jonge vrouwen dezelfde problemen of zelfs erger als ik hebben gekregen na één enkele injectie met Depo. Ik zou er ook de nadruk op willen leggen dat al deze vrouwen, inclusief ikzelf, veel te jong zijn om te lijden aan zulke rugproblemen zonder dat er een traumatisch ongeluk heeft plaatsgevonden.
Als ik, met het schrijven van dit relaas, maar één persoon het lijden dat ik heb gehad door Depo-Provera kan besparen, zal ik de tijd die ik genomen heb als zeer welbesteed beschouwen.
Met vriendelijke groeten,
Julie B.

Menopauze, alles wat je dokter je niet vertelt:
Natuurlijke progesteroncrème van dr. Lee 

Voor 1 tube klik hier: http://www.succesboeken.nl/?ISBN=9789079872006&PC=476178F4 

Voor 3 tubes klik hier: 
http://www.succesboeken.nl/?ISBN=9789079872007&PC=476178F4



Bloedarmoede of anemie en de oplossing



IJzer is een essentieel mineraal om in balans te houden.
door John R. Lee, M.D.
Het was altijd de wijsheid van de conventionele medici dat ijzer een belangrijk deel was van een dagelijkse multivitamine. Nu weten we dat een overmaat aan ijzer zeer schadelijk kan zijn en dat waarschijnlijk heel weinig mensen het zouden moeten suppleren: zwangere vrouwen kunnen het nodig hebben en vrouwen in de perimenopauze die maand na maand zware bloedingen hebben kunnen anemisch worden en het nodig hebben. Feitelijk wordt er gedacht dat mensen die regelmatig bloed doneren - in het bijzonder mannen - profiteren van het bloedverlies daarbij omdat het ijzerspiegels naar beneden brengt. Het is ook waar dat een ijzertekort een van de meest voorkomende tekorten in Westerse culturen is, dat voornamelijk veroorzaakt wordt door een slecht voedingstekort van degenen die onder de armoedegrens leven.
Wat is het dat ijzer zo essentieel maakt voor de gezondheid en toch ook zo gevaarlijk wanneer er te veel van is?
IJzer is op een unieke wijze essentieel
Onder de verschillende metaalelementen die essentieel zijn voor mensen, is ijzer in een aantal opzichten uniek. De totale hoeveelheid ijzer in het volwassen menselijke lichaam is vrij klein, slechts 4 gram, ongeveer de hoeveelheid die in een spijkertje van 75 mm zit. Zijn belangrijkste rol is als een component van hemoglobine (in rode bloedcellen) en myoglobine (in spiercellen), maar het is ook essentieel in kleine hoeveelheden voor de ijzerhoudende eiwitten, zoals in cytochromen, die van vitaal belang zijn voor normale cellulaire functies. In een doorsnee volwassene zit er 2.72 gram in de rode bloedcellen, 0.12 gram in myoglobine, 1 gram is opgeslagen in de lever en de milt, 0.003 gram wordt in transferrine gevonden ( daarover later meer), en slechts 0.0035 gram zit in cytochromen.
IJzer is een zeer reactief mineraal, eeuwigdurend in een dynamische staat aanwezig in het lichaam, snel bewegend van het ene molecuul naar het andere. Deze  reactiviteit maakt het zo bruikbaar voor het transport van zuurstof, maar dat is ook hetgeen het zo gevaarlijk maakt wanneer er te veel van is. IJzer bestaat in twee primaire vormen in het lichaam, of als (ferrous) ijzer 2 of als (ferric) ijzer 3. Ferrous ijzer is meer actief en beschikbaar voor ons, terwijl ferric ijzer vaak de opgeslagen vorm is.
Uitzonderlijk veel oxidatie (door vrije radicalen bijvoorbeeld) verandert het ijzer in de ferric vorm, dat niet zal functioneren als een zuurstoftransporteur.
IJzer in je lichaam
De grootste hoeveelheid ijzer in je lichaam wordt in hemoglobine gevonden, het gedeelte van de rode bloedcellen dat de zuurstof aan je cellen aflevert. Hemoglobine is een zeer complex molecule dat één atoom ijzer in het centrum heeft. Dat ene atoom geeft de rode kleur aan bloed.
Nadat je beenmerg rode bloedcellen maakt, circuleren ze ongeveer 120 dagen in het bloed. Gedurende deze tijd worden ze oud en worden ze vernietigd. Zodoende wordt er iedere dag bijna 1 procent van onze rode bloedcellen vernietigd en komt er 25 mg ijzer vrij uit hun hemoglobine. Het grootste deel van dit ijzer wordt echter opgeslagen en opnieuw gebruikt. Dit is een beetje vreemd omdat onze leefomgeving overvloedig in ijzer voorziet. Het heeft sommige experts ertoe gebracht te veronderstellen dat er in een vroeger evolutionair tijdperk misschien weinig ijzer geweest is.
IJzer wordt niet met de urine uitgescheiden in tegenstelling tot andere essentiële mineralen, waardoor het nog meer geconserveerd wordt. IJzer wordt echter verloren uit het lichaam door bloeding (inclusief menstruaties), uit het maag-darmsysteem, in gal dat door de ontlasting verwijderd wordt en in het verwisselen van slijmvlies- en huidcellen en in haar. Bij mannen en vrouwen die niet menstrueren is het dagelijkse verlies van ijzer ongeveer 1.0 mg. IJzerverlies bij menstruerende vrouwen varieert van 1.4 tot 3.2 mg per dag, afhankelijk van het volume van het bloedverlies.
Om gezond te blijven moet het dagelijkse verlies aan ijzer, hoe klein ook, aangevuld worden door voldoende dagelijkse opname uit de voeding.
Mensen die tekort aan ijzer hebben zijn vaak bleek, geïrriteerd en snel moe. Andere symptomen kunnen zijn, verhoogde bloeddruk, duizeligheid, wazig denken, spierzwakte, hartkloppingen, verminderde immuunfunctie, restless legs, jeukerige huid, haarverlies en oorsuizen.
Te veel ijzer in het lichaamsweefsels (hemochromatose) is ook niet goed. De lever en de milt zijn de normale opslagplaatsen voor een teveel aan ijzer. Een teveel aan ijzer leidt tot een aantal ongewenste condities zoals een vergrote lever en cirrose, diabetes, hypogonadisme en atrofie van de testes, gewrichtsdegeneratie, hartziekte, stoffige bruine huidpigmentatie en dood, meestal door kanker van het colon of van de lever.
Teveel ijzer is toxisch en creëert oxidatiereacties die vaak de groei van kankers door andere oorzaken stimuleert.
Teveel ijzer kan resulteren van een genetische hemochromatose-abnormaliteit die bij 4% van de volwassenen voorkomt ofschoon in variërende risiconiveaus.
Te veel ijzer in de voeding komt niet vaak voor in Westerse culturen: de meest voorkomende reden is waarschijnlijk bij patiënten waarvan de arts onnodig hoge doseringen in supplementen adviseert. Het kan ook veroorzaakt worden door te koken in ijzeren potten en pannen. Een resultaat van te veel ijzerintake is erg zwarte ontlasting. Dit kan verwarrend zijn omdat dit ook een teken kan zijn van een bloeding ergens in het maag-darmsysteem.
IJzer in je voeding
In de voeding komt ijzer in twee vormen voor: heem- of organisch ijzer (bijv. in rood vlees) en non-heem- of anorganisch ijzer (bijv. van groenten en granen). Over het algemeen gesproken is de absorptie van ijzer laag. De absorptie van non-heemijzer uit groenten is ongeveer 10%, terwijl de absorptie van heemijzer uit vlees ongeveer 30% is. Verder verhoogt heem zelf de absorptie van ander ijzer uit de voeding. Daarom is af en toe wat rood vlees goed voor het bloed. Sommige voedingsmiddelen bevorderen de absorbeerbaarheid van ijzer en andere werken het tegen. IJzer uit maïs wordt bijvoorbeeld beter opgenomen wanneer je er vis of vlees bij eet, terwijl melk de ijzerabsorptie tegenwerkt.  Vitamine C verhoogt de ijzerabsorptie met een factor vier. Omdat het een krachtige antioxidant is verandert het ferric ijzer in de beter opneembare vorm en helpt het daar te houden. Men denkt dat het aminozuur cysteïne ook een rol speelt bij het behouden van ferrous ijzer. 
Absorptie van ijzer wordt waarschijnlijk ook tegengegaan door koffie, thee, sojaproducten en te veel calcium. Het is het beste om ijzer- en calciumsupplementen apart te nemen. IJzer kan de absorptie van zink en schildkliersupplementen verminderen, dus neem die ook apart (calcium kan ook schildklierabsorptie blokkeren).
Sommigen types van ijzertekort kunnen te maken hebben met een verminderde capaciteit om opgeslagen ferric ijzer (ferritine) om te zetten in ferrous ijzer, hetgeen een aanwijzing kan zijn dat vitamine B12 en B6, foliumzuur, koper en molybdenum nodig zijn.
Een evenwichtig voedingspatroon met een grote verscheidenheid aan voedingsmiddelen in combinatie met voldoende  vitamine C voorziet meestal in voldoende ijzer voor de normale dagelijkse behoefte. Het is mijn ervaring dat, bij vrouwen met hevige menstruaties die anemisch worden, hemoglobinespiegels zich weer herstellen tot normaal door de toevoeging van vitamine C aan de maaltijden.
In de eerste week van mijn medische praktijk werd ik gebeld door een boerenfamilie om naar een 2-jarig jongetje te kijken dat koorts had en stuipen. Het kind was extreem bleek. Ik bracht hem naar het ziekenhuis voor verder onderzoek. Ik kon de oorzaak van zijn bleekheid niet vinden. De volgende dag kreeg hij mazelen. Door met zijn ouders te praten ontdekte ik dat de voeding van de jongen voornamelijk uit melk bestond. Ik overtuigde de familie ervan dat het tijd werd om hem vlees en groenten te geven i.p.v. een heleboel geld uit te geven aan onnodige testen. Zijn hemoglobine werd in een zeer korte tijd normaal. Maar door zijn bezoek aan het ziekenhuis dat geen isolatiekamer had voor kinderen van die leeftijd werd het hele ziekenhuis twee weken lang in quarantaine gehouden! Wat een manier om een praktijk te beginnen!
Hoe je lichaam ijzer in balans houdt
Het vermogen van het lichaam om goede ijzerspiegels te behouden is verbazingwekkend. IJzerabsorptie varieert in relatie tot de ijzervoorraad in het lichaam. Wanneer de ijzervoorraad laag is, is de absorptie hoger dan wanneer ijzervoorraden hoog zijn. Het  mechanisme voor deze regeling van ijzerabsorptie is vrij uniek.
In de slijmcellen van de darm wordt ijzer overgegeven aan een klein ijzerbindingseiwit dat daarna overgaat naar het plasma (het waterige deel van het bloed) waar het gebonden wordt aan een ijzertransportproteïne dat transferrine heet, of aan een ijzeropslagproteïne dat ferritine heet. Omdat de levensduur van slijmcellen van de darm slechts 3-5 dagen is, gaat het ijzer dat aan ferritine gebonden is, samen met de gedegradeerde cellen, voortdurend verloren in de ontlasting.  Dit proces werkt als een buffer om een ijzerteveel te voorkomen. IJzer dat in het bloed door transferrine wordt vervoerd is altijd de ferric vorm. Wanneer het eenmaal aan de lichaamsweefsels is afgegeven, wordt ijzer gereduceerd tot de meer actieve vorm, ferrous ijzer. Aan de andere kant wordt ijzer, dat aan ferritine is gebonden, vooral naar de voornaamste opslagplaatsen getransporteerd, de lever en de milt. Dit speelt een belangrijke rol als bescherming tegen extreme ijzerintake en als een reservoir voor gebruik in de toekomst ten tijde van lage ijzerintake.
IJzerspiegels meten
De concentratie van transferrine gebonden ijzer kan gebruikt worden om iemands ijzerstatus te evalueren. Wanneer men anemisch is, is transferrine laag en, in geval van een ijzerteveel, is de concentratie hoog tot een situatie dat de ijzerbindingsplaatsen van transferrine volledig verzadigd zijn met ijzer. Deze concentratie kan getest worden (serumferritine) en helpt in het bijzonder als indicator van een ijzertekort of een ijzeroverload (teveel aan ijzer).
Bloedarmoede door ijzertekort komt voor in drie verschillende types afhankelijk van het aspect van de rode bloedlichaampjes:
1)     Bij extreem bloedverlies, zoals het geval is bij zware menstruele bloeding of gastrolintestinale bloeding die vaak veroorzaakt wordt door NSAID’s zoals aspirine, zien de rode bloedcellen er normaal van afmeting en hemoglobine-inhoud uit, maar hun aantallen in circulatie zijn afgenomen. Deze test wordt RBC genoemd (red blood count).
2)     Wanneer er een tekort is aan foliumzuur of vitamine B12 zijn de rode bloedcellen over het algemeen groter (macrocytair) en het aantal in circulatie is gereduceerd. Dit wordt bijvoorbeeld gevonden bij pernicieuze anemie, die voorkomt bij mensen die geen intrinsieke factor hebben, het eiwit dat nodig is voor de absorptie van vitamine B12. Deze test wordt MCV genoemd (mean corpuscular volume) en meet het volume van rode bloedcellen. Een verwante test is het MCH (mean corpusculair hemoglobin), die de hoeveelheid hemoglobine meet in een enkele rode bloedcel. Een verhoogd MCH en MCV  is een goede indicator van de bovengenoemde vitaminedeficiëntie, terwijl een verlaagd MCH en MCV vaak wijzen naar een anemie door ijzertekort.
3)     Bij een eenvoudige ijzerdeficiëntie zijn de rode bloedcellen vaak kleiner dan normaal en hebben een gereduceerde hemoglobine-inhoud. De meeste dokters die standaard bloedtesten doen testen uit gewoonte alleen hemoglobine (Hb).
Behandeling van deze aandoeningen vereist een goede diagnose van de oorzaak van bloedarmoede. Wanneer er verdenking is dat er een bloeding is moet de oorzaak gevonden worden. Kleine bloedinkjes uit het maagdarmkanaal zoals die kunnen ontstaan door het gebruik van aspirine, bij zweren, colitis of colonkanker worden vaak het eerst duidelijk door bloedarmoede. Pernicieuze anemie veroorzaakt vaak neuromotorische problemen voordat bloedarmoede duidelijk wordt en wordt vaak verkeerd geïnterpreteerd bij ouderen als seniliteit. Zelfs voordat er bloedarmoede duidelijk wordt kan een ijzertekort ontdekt worden door plasma ijzerspiegels (serumijzer) en de totale ijzerbindingscapaciteit van plasma transferrine (serumferritine) te meten. Het is wenselijk te diagnosticeren en zo een ijzertekort te voorkomen, voordat er anemie ontstaat.
De conclusie
Het is belangrijk om een goed voedingspatroon te gebruiken dat een variëteit van ijzerhoudende voedingsmiddelen bevat, zodat het lichaam je ijzerspiegels op niveau kan houden. Het is net zo belangrijk om geen ijzersupplementen te gebruiken zonder eerst getest te hebben of je er een tekort aan hebt en er voordat je zeker weet dat je het nodig hebt. Het is een goed idee voor vrouwen in de perimenopauze die zwaar bloeden gedurende de menstruatie, om eens per jaar hun ijzerspiegels te laten nakijken om te zien of er geen bloedarmoede door ijzertekort is. Wanneer je je ijzerspiegels laat testen zorg er dan voor dat je dokter die testen laat doen die de onderliggende oorzaak van het tekort aangeven.
Dat is een goede vraag
Vraag: Mijn dokter wil dat ik ijzersupplementen ga gebruiken omdat ik bloedarmoede heb die veroorzaakt is door zware menstruele bloedingen, maar als ik die neem wordt ik er ziek van en voel ik me helemaal verschrikkelijk. Wat raadt u aan?
A: Veel vrouwen worden wel ergens gedurende hun leven aangeraden om een ijzersupplement te gebruiken, hetzij gedurende de zwangerschap hetzij door zwaar bloedverlies tijdens de perimenopauze, hetgeen bloedarmoede door ijzertekort kan veroorzaken. NSAID’s kunnen chronische gastrointestinale bloedingen veroorzaken die ook kunnen resulteren in voldoende bloedverlies om anemie te veroorzaken. Vrouwen met anemie zijn gewoonlijk bleek en zijn snel moe hetgeen het probleem alleen maar verscherpt.
Een ijzersupplementen nemen voorziet het beenmerg van materiaal om hemoglobine, een deel van de rode bloedcellen, te maken. IJzerdeficiëntie kan echter niet alleen veroorzaakt worden door bloedverlies maar ook door een slechte ijzerabsorptie. Er zijn twee factoren die in ogenschouw genomen dienen te worden in verband met ijzerabsorptie.
Één is het voordeel van heemijzer, zoals gevonden wordt in vlees. Heemijzer stimuleert ijzerabsorptie. Er is maar een beetje vlees nodig (zoals in een Aziatische dieet) om een goede ijzerabsorptie te stimuleren. Mensen die helemaal geen vlees eten missen dat voordeel.
De tweede factor bij ijzerabsorptie is vitamine C. De toevoeging van een klein beetje vitamine C aan de maaltijd verhoogt de ijzerabsorptie zes keer. De totale dagelijkse hoeveelheid vitamine C hoeft maar 500 mg per dag te zijn om dit voordeel te geven. Aan de andere kant verhindert melk de ijzerabsorptie hetgeen nog een reden is om het niet te gebruiken. 
Gedurende de jaren van mijn praktijk heb ik veel vrouwen met zware menstruaties gezien die tot bloedarmoede leidden en die ik zonder ijzersupplementen heb behandeld. Ik moedigde hen aan om geen melk te gebruiken, twee of drie keer per week een beetje vlees te gebruiken (in het bijzonder lever, organisch alsjeblieft) en 250 mg vitamine C aan de maaltijden toe te voegen. 
Wanneer je, ondanks bovenstaande benadering, bloedarmoede blijft houden en ijzersupplementen je ziek maken kan lactoferrine misschien helpen. Dit glycoproteïne wordt in grote hoeveelheden gevonden in colostrum, de eerste melk die door de melkklieren wordt afgescheiden na de geboorte en in kleine hoeveelheden in normale melk. Lactoferrine verbetert ijzerabsorptie en beschermt het lichaam tegelijkertijd tegen de negatieve oxidatieve effecten van te veel ijzer. Het kan de bijwerkingen die veroorzaakt worden door ijzersuppletie, zoals misselijkheid en verstopping, verminderen of uitschakelen. Recent onderzoek suggereert dat lactoferrine ook goede effecten heeft op de regulatie van het immuunsysteem evenals ontstekingswerende, antibacterële- en antioxidanteffecten.
Lactoferrine wordt vermeld als een ingrediënt in sommige colostrumproducten die je kunt vinden in de lokale natuurwinkel. Er is maar ongeveer 20 mg lactoferrine nodig, die je samen met het ijzer inneemt, om de bijwerkingen te verminderen of uit te schakelen. 
Dit artikel werd oorspronkelijk gepubliceerd in het engels in de John R. Lee, M.D. Medical Letter.

Zout bij bijnieruitputting


Zoals veel bijnierpatiënten ongetwijfeld zullen weten is het belangrijk voor hen om extra zout te gebruiken. Helaas brengen de media verwarring door ons aan te sporen om minder zout te gaan gebruiken. Hier bedoeld men uiteraard ordinair keukenzout mee. Niet te verwarren met ongeraffineerd zeezout (Keltisch zeezout). Maar dat onderscheid wordt jammer genoeg niet gemaakt: http://denieuweeyeopener.blogspot.nl/2012/02/waarom-tafelzout-niet-gezond-is.html
Bijnierpatiënten verliezen veel zout met de urine en zijn daarom vaak uitgedroogd. Dit leid ook tot een lage bloeddruk die in sommige gevallen zo laag kan worden dat er problemen kunnen ontstaan, bijvoorbeeld nierschade. Dr. James Wilson geeft in zijn boek “Bijnieruitputting, het stresssyndroom van de 21e eeuw” goede adviezen omtrent het gebruik van zout. http://www.succesboeken.nl/?ISBN=9789079872251&PC=476178F4
Het is voor iedereen van essentieel belang te beseffen dat vroeger ongeraffineerd zeezout werd gebruikt om voedingsmiddelen te conserveren. Hierdoor kreeg men grote hoeveelheden mineralen en sporenelementen binnen. Men begon hiermee op te houden toen de koelkast in beeld kwam. In 1936 kwam er een rapport van de Amerikaanse Senaat dat de bodem ernstig uitgeput was. Mineralen en sporenelementen kwamen in steeds mindere mate voor. Linus Pauling zei: iedere ziekte is terug te voeren tot een mineraaltekort.
Het werd nog erger toen in het begin van de 20e eeuw tafelzout op de markt kwam. Tafelzout is zout dat ontdaan is van alle mineralen en sporenelementen, behalve natrium en chloride! Omdat er al gauw een epidemie van schildkliervergroting (struma) ontstond begon men jodide of jodium aan tafelzout toe te voegen. Helaas drong het niet door dat de andere mineralen en sporenelementen ook een enorm belangrijke rol spelen in de gezondheid van de mens.

Het moge duidelijk zijn dat het gebruik van ongeraffineerd zeezout een “must” is voor iedereen. Dit zout leidt ook niet tot een verhoogde bloeddruk.


Calcium en osteoporose




Er is een grote leugen die ons allemaal meegesleurd heeft, consumenten én medische vakmensen samen. Die grote leugen maakt ons allemaal kapot.

Het begon allemaal met het wilde idee dat calcium van essentieel belang is voor sterke botten. Wij en onze artsen zijn bijna allemaal in deze leugen meegegaan. We geloven dat, tenzij we ladingen calcium innemen, onze botten zullen versplinteren. Dat is niet waar. Dat is nooit waar geweest en de basiswetenschap, die aan iedere universiteit ter wereld onderwezen wordt, laat ons de vergissing van dit geloofssysteem zien.

Calcium is slechts één van minstens 12 mineralen die nodig zijn voor sterke botten. Al deze mineralen moeten in de juiste verhoudingen aanwezig zijn om sterke botten te kunnen opbouwen. Als je calcium gebruikt om je botten sterker te maken, teken je je eigen doodvonnis. Denk hier eens over na: calcium maakt beton hard. Stel je eens voor wat het allemaal in je lichaam kan verharden. En dat gebeurt ook. Te veel calcium veroorzaakt mineraaldisbalansen in het lichaam. Dit leidt tot een opbouw van calcium in de weefsels. Dit teveel aan calcium veroorzaakt niet alleen enorme veranderingen in ons intercellulaire metabolisme (de stofwisseling tussen de cellen), maar het leidt ook tot calciumafzettingen binnen de intracellulaire (binnen de cel) ruimten. Deze calciumafzettingen vormen grintachtige plaque in de slagaders, nierstenen, galstenen en zorgen voor gewrichtsslijtage.

Ja, we hebben calcium nodig. Calcium blijft belangrijk, maar de meesten van ons krijgen er veel te veel van binnen. Deze onevenwichtigheid leidt ertoe dat we meer medicijnen moeten gebruiken om ziekten die met een mineralentekort  in verband staan te behandelen en die door deze mineraaldisbalansen zijn veroorzaakt. Hieronder vallen toenamen van alle ouderdomsziekten, kanker, hersenbloedingen, diabetes type 2, overgewicht, het metabool syndroom, hypothyreoïdie type 2, depressiviteit, slapeloosheid, migraine, hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk,  een verzwakt immuunsysteem en meer.

Het probleem is eenvoudig op te lossen. Alles wat we moeten doen is mineralen en natuurlijke zouten  in de vorm van ongeraffineerd zeezout (Keltisch zout) aan ons voedingspatroon toevoegen als voeding en in de vorm van supplementen.

Om erachter te komen hoe het met jouw mineraalbalans gesteld is, kun je het beste een haarmineraalanalyse laten maken. Dat kan dat het beste via een heel goed laboratorium in Amerika. Als hier belangstelling voor is kan ik de gegevens doormailen. Een bedrijf in Ravenstein heeft zeer goede ervaringen met dat bedrijf. De uitslag komt met een uitgebreid advies.

donderdag 25 april 2013

Diabetes type 2




Mijn indruk is sterk dat mensen met diabetes type 2 het vaak wel best vinden wanneer ze hun bloedsuikers met behulp van anti-diabetesmedicijnen en wat voedingsvoorschriften van de diabetesdiëtiste onder controle kunnen houden. Af en toe voor controle naar de diabetesverpleegkundige en daarna gewoon weer doorgaan met het eten van voedingsmiddelen die de bloedsuikers torenhoog laten stijgen. Ach, een beetje meer insuline of medicijnen en het is weer onder controle. Wat zouden die mensen zeggen als ze wisten dat ze zo zouden kunnen eten dat ze al die synthetische middelen niet meer nodig zouden hebben en de hele aandoening diabetes type 2, die een welvaartsaandoening is, zouden kunnen keren?  De mensen die ik ken met deze aandoening willen het liever niets daarover weten en willen gewoon doorgaan met eten van brood, aardappels, rijst en pasta en het koekje bij de thee of koffie. Het lijkt wel alsof juist diabetespatiënten het heel moeilijk vinden om anders te gaan eten voor hun gezondheid.
Ik wil nog eens even de nadelen van het gebruik van anti-diabetesmedicijnen hieronder op een rijtje zetten:
Glucophage (metformine): toename van het aantal sterfgevallen door hart- en vaatziekten vergeleken met dieet alleen of dieet plus insuline. Behandeling met glucophage zal eerder een dodelijke hartaanval veroorzaken dan andere behandelingen.

Behandeling met glucophage verlaagt  bloedwaarden van vitamine B12 en foliumzuur en verhoogt homocysteïne. Vitamine B12 en foliumzuur houden het DNA in stand. Homocysteïne beschadigt de vaatwand en het risico op vaatziekten en een beroerte.

In Nederland is de medicijnen plioglitazon en roziglitazon (thiazolidinedionen) verkrijgbaar. Ook deze medicijnen kunnen bijwerkingen hebben op vascualsir gebied. Verder is aangetoond dat ze de botdichtheid van de heupen en wervelkolom significant kunnen verlagen.

Het lijkt me duidelijk dat het gebruik van deze medicijnen voor grote problemen kunnen zorgen en dat een aanpassing van het voedingspatroon een weg is die op de langere termijn goede vruchten zal afwerpen.
Ieder voedingspatroon dat de bloedsuikerspiegel stabiliseert kan voldoen, maar als je meer specifiek wilt werken, kun je het boek “Syndroom X” van Jack Challem lezen. Daarin worden je twee voedingspatronen aangeboden die je, afhankelijk van jouw situatie, kunt aanwenden om af te vallen, hart- en vaatziekten en diabetes te stoppen en weer een probleemloos en gelukkig leven te krijgen.
Syndroom X:

maandag 22 april 2013

Studies suggests bacteria in your gut may play a role in your risk of heart disease through a surprising mechanism: the breakdown of a widely consumed compound in protein known as L-carnitine - the truth according to Dr. J. Mercola



By Dr. Mercola
Nearly 100 trillion bacteria, fungi, viruses and other microorganisms compose your body’s microflora, and it’s becoming increasingly clear that these tiny organisms play a major role in your health.
Gut microbes are particularly prominent in the news lately, and one of the most talked-about studies suggests bacteria in your gut may play a role in your risk of heart disease through a surprising mechanism: the breakdown of a widely consumed compound in protein known as L-carnitine.
As a result, the media has mounted a virtual campaign warning that red meat eaters may be at higher risk of heart disease. But does the research really back up that claim? Some nutritional experts disagree, pointing out the many weaknesses in the study, and why giving up meat to prevent heart disease may be premature, if not downright wrong.

This 6 person study may be one of the worst and most publicized since last year's media attack stating eggs were as bad for you as smoking.

Microflora Composition--A New Explanation for the Link Between Red Meat and Heart Disease?

It’s widely stated that eating red meat causes heart disease, an association that is often blamed (incorrectly) on its impact on cholesterol levels. Yet, research has repeatedly shown that the dietary cholesterol-heart disease connection is incorrect.
So while the featured study may offer intriguing clues to the importance of gut bacteria, and how gut bacteria is influenced by your diet, it’s doubtful that this latest hypothesis linking heart disease to red meat consumption via another pathway is entirely correct.
For example, a 2010 study from Harvard found no evidence that eating red meats leads to heart disease.1
That said, the featured study published in Nature Medicine2 claims to shed some light on why some people who eat red meat develop heart disease while others do not – and the reason may come down to differences in gut bacteria.

The study,3 by researchers from the Cleveland Clinic, found that human gut bacteria can metabolize L-carnitine, a substance found in red meat, energy drinks and dietary supplements, and in so doing produce a byproduct called trimethylamine-N-oxide (TMAO). TMAO is thought to encourage fatty plaque deposits to form within arteries (atherosclerosis), and therefore, the more TMAO you have in your blood the greater your risk of heart disease might be.
Interestingly, people with diets high in L-carnitine, i.e. meat eaters, had a gut microbe composition that was more prone to forming TMAO, while vegetarians and vegans did not. Even after consuming large amounts of L-carnitine in a steak or supplement, the vegetarians and vegans in the study did not produce significant amounts of TMAO.
This, the authors believe, means that eating red meat alters your gut flora in a way that predisposes your body toward TMAO production, and subsequently, heart disease. This was confirmed by giving the omnivores a course of antibiotics, after which they did not produce TMAO. Stanley Hazen, MD, PhD, the study’s lead author, said in a statement:4
“The bacteria living in our digestive tracts are dictated by our long-term dietary patterns… A diet high in carnitine actually shifts our gut microbe composition to those that like carnitine, making meat eaters even more susceptible to forming TMAO and its artery-clogging effects.”

Is Red Meat Being Inaccurately Singled Out as a Heart Disease Promoter?

The latest study is not the first to link gut bacteria to heart disease. In 2011, the same researchers, Hazen and colleagues, used data from nearly 2,000 people and showed that when the bacteria in your gut break down lecithin, a type of fat found in meat, eggs, dairy and other animal foods along with baked goods and dietary supplements, and its metabolite choline, it also leads to the creation of TMAO and, subsequently, increases your risk of heart disease.5
In response to this and the current study, many have wondered whether red meat and other animal foods, along with supplements containing L-carnitine, lecithin or choline should be avoided. Chris Masterjohn PhD, who is currently researching fat-soluble supplements at the University of Illinois, rebutted the 2011 findings stating:6
“...previous studies have shown that supplements with salts of free choline do in fact generate TMAO, but uncontaminated phosphatidylcholine, the main form of choline found in food, does not. Moreover, choline-rich foods like liver and eggs did not produce more TMAO than a control breakfast, but seafood, which is generally contaminated with some trimethylamine or TMAO, did.”
Masterjohn also disagrees with the group’s latest findings, in which the researchers claim that carnitine in red meat contributes to heart disease via the same pathway, i.e. the creation of TMAO. According to Masterjohn, incomplete reporting of data in the paper combined with “wild runaway inferences” by the press has generated a grossly misleading picture of red meat’s impact on heart disease, while simultaneously ignoring the food group that actually generates the most TMAO.
He points out that red meat is only one of many foods that increases TMAO when eaten, and cites data from a 1999 study that evaluated TMAO excretion following consumption of 46 different foods, which shows that red meat generated no more TMAO than fruits and vegetables. In fact, some veggies, such as peas, cauliflower and carrots generated more TMAO than beef did! Still, none of the foods generated TMAO at levels that were statistically different from the control. (Similarly, there was no statistically significant difference between different kinds of meats, compared to the control.)
Beef does not increase TMAO any more than fruits and vegetables.

Previous Research Shows Seafood Produces More TMAO than Any Other Food, Including Beef

The 1999 study did show however, one food group that stood out as a major source of TMAO, and that was seafood. Virtually all fish and invertebrates, with few exceptions (including trout and cockles) produced statistically significant more TMAO than the “light breakfast” control alone. And, according to Masterjohn’s own statistical test, all invertebrates except clams and cockles, and all fish except tuna, trout, plaice, and roe produced significantly more TMAO than beef. He writes:
“The single 'representative female omnivore' from the [2013] Nature Medicine7 paper excreted similar amounts of TMAO in her urine as the six subjects from the 1999 study after consuming red meat, suggesting thathad they measured the response to seafood, the authors of the Nature Medicine paper would also have found much greater excretion of TMAO after consumption of seafood than after consumption of red meat
The difference between seafoods and red meat in the 1999 paper is like the difference between night and day. To take the most extreme example, halibut generated over 107 times as much TMAO as red meat. It seems obvious from this study that if any foods should be singled out for the production of TMAO, it should be seafoods. Yet the Nature Medicinepaper makes no mention of fish and the New York Times8 article only mentions fish to point out that it has less carnitine than red meat (and thus, by inference, will generate less TMAO, though that is clearly not the case, presumably because seafood tends to be contaminated with trimethylamine or TMAO itself...)
If we are to single out red meat as a source of TMAO, we should be able to identify other foods with which it should be replaced that generate less TMAO. Yet this 1999 study, which had a small sample size but tested an expansive number of foods, found that there basically are no other foods that generate meaningfully less TMAO than red meat.”

Axing Beef to Prevent Heart Disease Looks Like Another Red Herring...

Chris Kresser L.Ac has also weighed in on this issue,9 comparing the hypothesis that red meat causes heart disease via TMAO to the patently false notion that dietary cholesterol and saturated fat cause heart disease by raising serum cholesterol. Kresser lists three reasons for not taking the featured study at face value:
  1. Inconsistent epidemiological evidence
  2. “Healthy user” bias, and
  3. Inconclusive and insufficient evidence on the role of TMAO in heart disease
“...even if Paleo meat eaters have higher TMAO levels than vegans and vegetarians, we still don’t have evidence proving a causal relationship between TMAO and cardiovascular disease,” he writes. “Once again, the supposed link between cholesterol and saturated fat and heart disease should serve as a reminder not to jump to hasty conclusions that unnecessarily deprive people of nutrient-dense, healthy foods. It is virtually impossible to control for all of the possible confounding factors.”

Should You Avoid L-Carnitine and Choline-Rich Foods and Supplements?

Masterjohn offers an in-depth critique of the featured study’s data in his recent Weston A Price article,10 so for more information I recommend reading it in its entirety. For example, he points out that the study does not include any data for eating steak alone (the steak was consumed with a carnitine supplement); the data also does not indicate if TMAO differences are due to a single outlier or a fundamental gender difference, or if the antibiotic treatment is a confounding factor as none of the vegans were given antibiotics. According to Masterjohn:
“There is no data in this paper showing that TMAO increases in response to steak alone in anyone.”
At this time, more investigation is still needed to support the assumption that red meat and other animal foods, along with supplements containing L-carnitine, lecithin or choline should be avoided. What’s more, these substances occur naturally in a wide range of foods, making it nearly impossible, and likely inadvisable, to avoid them entirely.
In terms of L-carnitine, an omnivorous diet provides 20 to 200 mg/day, compared to a strict vegetarian diet, which would add about 1 mg/day.11 But even non-dairy infant formulas are sometimes fortified with L-carnitine, and the substance is also found in seafood, chicken breast, avocado and cheese (although in far lower amounts than are found in red meats, especially beef). It’s also important to realize that both L-carnitine and choline are essential nutrients your body needs. Choline, for instance, is linked to beneficial epigenetic changes in fetuses that likely last into adulthood, while L-carnitine has been shown to improve insulin sensitivity in type 2 diabetes.
Masterjohn also points out that while there were significant differences in the intestinal bacterial strains between omnivores and vegans, which might account for why TMAO levels were 45 percent higher in the meat eaters, intestinal flora may not be the sole answer. He writes:
“While it is possible that intestinal flora accounts for the difference, it is disappointing that the authors did not consider other possibilities, such as differences in the activity of the enzyme that converts trimethylamine to TMAO. For example, vitamin B2 is the main cofactor for the enzyme, and vegans are three times as likely to be deficient in vitamin B2 as vegetarians and omnivores.
...While antibiotics wipe out TMAO levels in humans and mice, showing that intestinal bacteria are necessary for its formation, the authors provide no clear evidence that the specific differences in intestinal bacteria between vegetarians and vegans on the one hand and meat-eaters on the other cause the observed difference in TMAO levels. It is unclear whether the 45 percent higher TMAO levels in meat-eaters represents something that we should regard as 'unhealthy.' As I pointed out above, for all we know it could be due to riboflavin (vitamin B2) deficiency among the vegans.”

The Link Between Whole Grains and Gut Bacteria that Drive TMAO Production

Jeff Leach with the Human Food Project has also weighed in on the featured study. His article is well worth reading in its entirety as well. He expounds on many of the same issues as Masterjohn and Kresser, but also focuses much of his discussion on the role of gut bacteria in the conversion of carnitine to TMAO. He writes, in part:12
If we assume for the moment that TMAO can accelerate atherosclerosis, then the observation that enriched levels of Prevotella are associated with higher levels in of TMAO become more interesting – especially as enrichment of this group of bacteria seems to occur in vegans and vegetarians as well as omnivores. So what causes enrichment of Prevotella?
In a paper published in 2010, Italian researchers found that rural African kids in Burkina Faso had super high levels of Prevotella, while a similar aged group of kids in suburban Italy had none.The striking dietary difference between the kids in Burkina Faso and the Italian kids was whole grain consumption... whole grains made up >50% of the daily calories in this [African] village... In contrast, the Italian kids got ~25% of their daily calories from highly processed bread, biscuits, pasta, and rice... All in all, a much more diverse diet, though apparently devoid of whole grains but high in processed foods. As mentioned, the Italian kids had no traceable amounts of Prevotella in their stool samples...
In the Burkina Faso paper, the researchers attributed the high levels of Prevotella to grain-based carbohydrates... it doesn’t appear that dietary fiber in general is driving enrichment of Prevotella... So, it appears somehow specific to the starch in grains or the dietary fiber in grains.”

The Bottom Line...

According to Masterjohn, to interpret the featured study “as an indictment of red meat makes no sense.”
“Even if physiological levels of TMAO contribute to heart disease in humans (which is a big 'if' at this point) and even if red meat were to raise TMAO substantially more than most other foods (which appears to be false), it wouldn’t in any way whatsoever follow that eating red meat causes heart disease. The biological effects of a food cannot possibly be reduced to one of the biological effects of one of the food’s components. Believing such a thing would require believing not only that the particular component has no other relevant biological effects, but that there are no relevant biological effects of any of the other tens of thousands of components of that food
...If the carnitine in red meat were promoting atherosclerosis through its conversion to TMAO, however, then red meat should be no more dangerous than potatoes and carrots and the real killer should be seafood. How likely is this to be true?”
Indeed... Countless studies have shown the health benefits associated with a seafood-rich diet, including its value for preventionof heart disease. Personally, I believe the best option is not to avoid these potentially beneficial substances in your diet but to optimize your gut bacteria so it favors health-promoting, rather than disease-causing, processes.

Testing Your Breath May Reveal Gut Bacteria Linked to Obesity

Another area where gut bacteria are making headlines is related to your weight. One study last month revealed that as much as 20 percent of the substantial weight loss achieved from gastric bypass, a popular weight loss surgery, is actually due to shifts in the balance of bacteria in your digestive tract.13
Separate research has also revealed that a breath test of the gases given off by your gut bacteria may help predict your likelihood of becoming obese. The study found that people with high levels of hydrogen and methane in their breath are more likely to have a higher body-mass index (BMI) and proportion of body fat.14 This, the researchers believe, may be because the related gut bacteria influence your body’s ability to extract calories from food, leading to weight gain.
Previous research has also shown that lean people tend to have higher amounts of various healthy bacteria compared to obese people. For example, one 2011 study found that daily intake of a specific form of lactic acid bacteria could help prevent obesity and reduce low-level inflammation.15 Taken together, the research adds to the growing knowledge that nurturing the growth of beneficial bacteria in your gut is likely to have significant benefits to your health and may be essential for:
  • Protection against over-growth of other microorganisms that could cause disease
  • Digestion of food and absorption of nutrients and certain carbohydrates
  • Producing vitamins, absorbing minerals and eliminating toxins
  • Preventing allergies
  • Maintaining natural defenses
Numerous studies have also shown that your gut flora plays a role in:
  • Mood, psychological health, and behavior
  • Celiac disease
  • Diabetes
  • Weight gain and obesity
  • Metabolic syndrome

Your Gut Flora is Constantly Under Attack

Your gut bacteria are vulnerable to your diet and lifestyle. If you eat a lot of sugar, refined grains, GMOs and processed foods, for instance, your gut bacteria are going to be compromised because processed foods in general will destroy healthy microflora and feed bad bacteria and yeast. Your gut bacteria are also very sensitive to:
  • Antibiotics
  • Chlorinated water
  • Antibacterial soap
  • Agricultural chemicals
  • Pollution
Because of this, you need to avoid processed, refined foods in your diet (this is essential for heart disease prevention, too) and regularly reseed your gut with good bacteria by taking a high-quality probiotic supplement or eating non-pasteurized, traditionally fermented foods such as:
  • Fermented vegetables
  • Lassi (an Indian yoghurt drink, traditionally enjoyed before dinner)
  • Fermented milk, such as kefir
  • Natto (fermented soy)
One of the reasons why fermented foods are so beneficial is because they contain lactic acid bacteria as well as a wide variety of other beneficial bacteria. Also, if fermented with a probiotics starter culture, the amount of healthy bacteria in a serving of fermented vegetables can far exceed the amount you’ll find in commercial probiotics supplements, making it a very cost effective alternative. Ideally, you want to eat a variety of fermented foods to maximize the variety of bacteria you’re consuming.

Nurturing Your Gut Flora is One of the Foundations of Optimal Health

Mounting research indicates the bacterial colonies residing in your gut may play key roles in the development of cancer, asthma, allergies, obesity, diabetes, autoimmune diseases and even brain-, behavioral- and emotional problems like ADHD, autism and depression. The heart disease connection is also now emerging, as discussed, although I’d hesitate to draw any conclusions from it as of yet.
Overall, I believe it would be unwise to try to eliminate foods just because they’re known to raise TMAO, as they’re all healthy and appear to include everything from meats to vegetables and seafood It’s far more likely that maintaining a healthy gut flora is paramount to prevent heart disease, and if you’re going to eliminate a food to protect your beneficial gut bacteria, it would beprocessed foods, not fresh whole foods of any kind.
Another confounding factor not addressed is the fact that meat from confined animal feeding operations (CAFO’s) are a source of hidden antibiotics, which wreak havoc on your gut bacteria. So that too may have played a role. This is reason alone to make sure you only buy organically raised grass-fed meats, as they’re not allowed to use antibiotics as growth promoters.
Previous research has shown that around age 60, there is a significant drop in the number of bacteria in your gut. According to Dr. Sandra McFarlane from the microbiology and gut biology group at the University of Dundee, people over 60 typically have about 1,000-fold less "friendly" bacteria in their guts compared to younger adults, and increased levels of disease-causing microbes.16 What this means is that it’s incredibly important to actively nurture your gut flora health, especially as you get older.
Eating fermented foods should be your primary strategy, but if you don't enjoy the taste of fermented foods, taking a probiotic supplement is definitely advised. However, before you give up on fermented foods, it is best to start with small amounts like half a teaspoon and use them as a condiment integrated with your food, similar to a salad dressing. If you still don't want to eat them then it is important to note that while I do not generally advocate taking a lot of supplements, a high-quality probiotic is an exception. I recommend looking for a probiotic supplement that fulfills the following criteria, to ensure quality and efficacy:
  • The bacteria strains in the product must be able to survive your stomach acid and bile, so that they reach your intestines alive in adequate numbers
  • The bacteria strains must have health-promoting features
  • The probiotic activity must be guaranteed throughout the entire production process, storage period and shelf life of the product
Through my years of clinical practice, I've found that no single probiotic supplement works for everyone. However, more people seem to respond favorably to Lactobacillus sporogenes than any other probiotic, so when in doubt, that's a great place to start.